Hilde van Susante (tropenarts) is alweer 10 maanden uitgezonden door Tweega Medica naar Sengerema Hospital in Tanzania. Ze vertelt:

“Twee twinkelende ogen kijken me aan. Mijn patiëntje van 14 jaar mag weer naar huis, hij heeft zijn linker been tot boven zijn knie in het gips en zijn handen stevig om de voetbal geklemd die ik hem net heb gegeven. Het was het eerste woord wat hij zei toen hij gisteren nog half stoned van de ketamine wakker werd; ‘mpira’(voetbal). En eerlijk is eerlijk, ik had het beloofd. Na de nascholingsdagen in Arusha (waar ik door Tweega Medica naartoe ben geweest) had ik twee voetballen thuis waarvan ik er één aan hem had beloofd.
Hij kwam 4 weken geleden binnen met een open botbreuk van zijn onderbeen. Geen levensbedreigende situatie maar in de setting waar ik werk een grote kans dat je voor je leven gehandicapt raakt. Het begint bij de keuze van de patiënten zelf, die er vaak voor kiezen eerst een paar maanden hun breuk te laten genezen bij de traditional healer. Veel botbreuken genezen vanzelf, niet perse met de mooiste stand, maar daar kun je wel mee leven. In dat geval kan de traditional healer ook redelijk tot goed werk verrichten.
Een gedeelte van de breuken geneest echter niet vanzelf, zoals de breuk van mijn patiëntje. Hij had bij zijn botbreuk ook een wond. Dit zorgt er vaak voor dat het bot gaat ontsteken, de breuk niet heelt en de wond alleen maar groter wordt als je het niet op de juiste manier behandelt. Ik zie de meest verschrikkelijke wonden en osteomyelitis (botontsteking) van patiënten die met deze breuken na een aantal maanden bij de tradionele bonesetter/ healer te zijn geweest op mijn ward belanden. Maar laten we eerlijk zijn, de meeste van mijn westers getrainde collega’s in het ziekenhuis hebben de basis principes van de behandeling van breuken ook vaak niet helemaal begrepen, dus ook als patiënten netjes naar het ziekenhuis gaan eindigen ze vaak met een dramatische geheelde breuk en wond. Geen wonder dat de traditional healer scene zo goed bezocht blijft.
De orthopeden uit Bugando die hier regelmatig over de vloer komen proberen hier iets aan te doen. Ze geven onderwijs aan de medisch studenten die in ons ziekenhuis stage lopen. Het is een leuke groep met over het algemeen goede specialisten. Samen doen we ons best om de gebroken benen weer goed aan elkaar krijgen. En dat zijn er nogal wat, want als je je in het verkeer hier begeeft denk je vaak; ‘goh, dat dat niet vaker mis gaat’. Nou dat gaat zeer vaak mis, kijk maar even rond op mijn afdeling. In Bugando hebben ze zelfs een hele aparte ‘pikipiki’ (motor) ongeluk afdeling!
Enfin, mijn patiëntje met zijn twinkelende ogen had geluk gehad. Hij kwam met zijn open onderbeensbreuk op onze afdeling terecht. Hij kreeg een externe fixateur en na een maand was de wond genezen en kon hij in het gips. Vandaag gaat hij naar huis en over een aantal weken kan hij hoogstwaarschijnlijk weer voetballen. Mijn hart maakt een klein sprongetje als hij me gedag zegt en de afdeling af hobbelt met zijn krukken, zijn voetbal goed verborgen in zijn tas.”